Tweede teelt freesia met nieuwe teeltsystemen in Demokas 2030

In de Demokas 2030 bij Wageningen University & Research Glastuinbouw in Bleiswijk is 23 mei de tweede freesiateelt gestart op vier nieuwe teeltsystemen. Deze teelten worden vergeleken met de zandbedden. Doel van Demokas 2030 is demonstratie van een fossielvrije teelt (geen CO2 uitstoot), zonder emissie van water en meststoffen en een duurzame gewasbescherming.

De nieuwe teeltsystemen zijn vorig jaar ontworpen en aangelegd om het verbruik aan fossiele brandstoffen voor het stomen verder te verminderen, als volgende stap in het fossielvrij maken van de teelt van freesia.

Mooi gewas
Bij een gewashoogte van circa 25 cm is op 15 juni de bodemkoeling gestart om de bloei te initiëren. Voor de teelt van freesia is het cruciaal dat de knoltemperatuur dan naar 16,5°C kan worden gestuurd. Afwijkingen in de knoltemperatuur veroorzaken teeltvertraging, opbrengstderving of kwaliteitsafwijkingen in de bloeiwijze. De bodemkoeling heeft in alle systemen goed gewerkt en de gewenste bodemtemperatuur is goed gerealiseerd. Juist ook toen we in die periode een paar erg warme weken hadden. Op de zandbedden en op drie van de vier nieuwe teeltsystemen staat nu een mooi gewas Corvette, waarvan begin september de eerste bloemtakken zijn geoogst. Bij de twee beste systemen ziet de takontwikkeling er ook goed uit, bij het derde systeem is de takontwikkeling van Corvette iets trager. Op het vierde teeltsysteem is al vrij snel na het planten veel uitval opgetreden, waarschijnlijk doordat de knollen te nat zijn gebleven.

Fusarium
De planten zijn gerooid en daar wordt nu een aantal kleinschalige proeven uitgevoerd om te onderzoeken wat er precies is misgegaan en hoe de weggroei na het planten kan worden verbeterd. Bij Soleil staat een minder mooi gewas. Zowel op de zandbedden als op de nieuwe teeltsystemen zijn problemen met Fusarium en bollenmijt. Materiaal uit aangetaste knollen is uitgeplaat en geanalyseerd. In deze planten zijn drie soorten Fusarium gevonden: Fusarium oxysporum, F. solani en F. proliferatum. Mogelijk veroorzaakt de combinatie van deze drie fusariumsoorten de problemen die nu zichtbaar zijn. In deze teelt hebben de onderzoekers Trips tabacci in de kas gekregen. De herkomst is onbekend. In omringende kassen was deze tripssoort niet aanwezig. Eind juni is de trips in korte tijd snel uitgebreid en zijn extra natuurlijke vijanden ingezet, maar dit bleek niet voldoende. Daarom is nu chemisch ingegrepen.

Het onderzoek naar fossielvrij telen in kas 2030 wordt gefinancierd door het programma Kas als Energiebron, hét innovatieprogramma dat energiebesparing en het gebruik van duurzame energie in de glastuinbouw stimuleert. Glastuinbouw Nederland en het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) trekken hierin samen op.

Onderzoekers: Arca Kromwijk, Frank Kempkes, Ada Leman, Gert Vletter, Marta Streminska, Khanh Pham (WUR)

Meer nieuws