Draaien aan ‘temperatuurknop’ biedt kansen voor verdere energiebesparing in chrysant

Er liggen mogelijkheden om chrysanten te telen bij lagere temperaturen, om zo verder te besparen op energie. Dat is één van de conclusies van de proef met een warme en koude behandeling die - onder de vlag van ‘De Perfecte Chrysant - plaatsvond binnen het project ‘Fossielvrij binnen een weerbaar teeltsysteem’. Ook bleek dat de hoeveelheid assimilatiebelichting een sleutelrol speelt in de houdbaarheid van het product. Tijdens een open middag op 13 maart lieten telers en andere belangstellenden zich bijpraten over de resultaten van deze proef. Ook konden ze de opzet van de nieuwe proef aanschouwen.

Binnen het project ‘De Perfecte Chrysant’ - dat wordt gefinancierd vanuit het programma Kas als Energiebron -  wordt inmiddels zeven jaar beproefd op welke manier het mogelijk is om een kwalitatief hoogwaardig product te telen met minder inzet van fossiele energie. Op dit moment vinden proeven plaats in het Delphy Improvement Centre in Bleiswijk, waarbij de focus ligt op fossielvrij telen binnen een weerbaar teeltsysteem. Onderzoekers deelden onlangs de meest actuele resultaten tijdens een open middag, die werd bezocht door ruim dertig geïnteresseerden.

Vergelijking groeifactor temperatuur
De Delphy-onderzoekers presenteerden onder meer de resultaten van een proef die in week 2 van dit jaar afliep. Deze proef, die startte in week 44 van 2023 en focuste op de rassen Pina Colada en Chic, vond plaats in twee afdelingen van elk 500 m2. Er werd zoveel mogelijk ingezet op een goede plant- en bodemweerbaarheid. Ook werden alle groeifactoren gelijk gehouden in deze afdelingen, behalve de temperatuur. “We wilden op deze manier inzicht krijgen in hoeveel energie er te besparen is door de temperatuur terug te schroeven. Én wat de invloed hiervan is op de teeltduur, de productie, het takgewicht en de kwaliteit en houdbaarheid”, zegt Paul de Veld van Delphy, die als adviseur betrokken is bij het project.

In de ene afdeling werden hoge temperaturen gehanteerd (een dagtemperatuur van 20,5 graden en een nachttemperatuur van 18 graden), terwijl in de andere afdeling een ‘koude’ behandeling werd gegeven. Hier lag de dagtemperatuur op 17 graden en de nachttemperatuur op 16 graden. Dit resulteerde over de hele teelt in een verschil in etmaaltemperatuur van 2,3 graad. “Bij lagere temperaturen is het gevaar dat je hoger in het vocht komt te zitten. Om dit te voorkomen, hanteerden we in de koude afdeling een lagere RV en AV.  Hierdoor was het vochtdeficit in beide afdelingen gelijk en konden we de groeifactor temperatuur optimaal vergelijken.”

Belichtingsstrategie
Ook qua full-LED-belichting werd in beide afdelingen eenzelfde strategie gehanteerd. In de lange dag-periode en tijdens de eerste tien dagen van de korte dag-periode lag het lichtniveau op 150 µmol//s. Alleen tussen zeven en tien uur ’s ochtends werd dit teruggeschroefd naar 100 µmol//s, om zo te anticiperen op de doorgaans hoge prijzen voor het terugleveren van stroom in dit tijdvak. De Veld: “Na de eerste tien dagen van de korte dag-periode voerden we het lichtniveau op naar 200 µmol//s. Dan heb je namelijk een gesloten bladerdek en weet het gewas het beschikbare licht het meest efficiënt te benutten. Alleen tussen zeven en tien uur in de ochtend bleven we teruggaan naar 100 µmol//s. Op deze manier wisten we het elektriciteitsverbruik gedurende de teelt onder de 40 kWh per vierkante meter te houden.”

Opvallende conclusies
De hoofdrassen Pina Colada en Chic werden tijdens de proef intensief gemonitord door onderzoekers van de WUR. Ook werden de geoogste stelen beoordeeld op gewicht en bladkwaliteit. De proef kende diverse opvallende conclusies, geeft De Veld aan. “We zagen onder meer dat in de warme afdeling drie tot vier dagen eerder kon worden geoogst. Tegelijkertijd waren de verschillen in takgewicht tussen de warme en koude afdeling niet heel groot. De Chic-stelen uit de warme afdeling hadden wel een iets hoger takgewicht - gemiddeld zo’n vier gram  dan stelen uit de koude afdeling. Dit had er waarschijnlijk mee te maken dat Chic een hogere lichtbenuttingsefficiency had in de warme dan in de koude afdeling.”

Bij Pina Colada was de situatie omgekeerd: dit ras liet juist bij de koude behandeling iets zwaardere takken zien. “Dat was verrassend, zeker omdat de warme afdeling in de tussentijdse metingen beter scoorde. Wellicht had dit ermee te maken dat in de warme afdeling eerder in de teelt holle stelen optraden, wat zorgde voor gewichtsverlies. Dit kunnen we echter niet hardmaken. Wel kenden alle takken - zowel uit de warme als uit de koude afdeling - holle stelen bij de oogst.”

Betere bladkwaliteit
De eindresultaten lieten ook zien dat bij de koude behandeling sprake was van een iets mindere bladkwaliteit. De houdbaarheid was wel goed. “De Chic-stelen uit de warme afdeling hadden een iets langere houdbaarheid dan die uit de koude afdeling. Bij Pina Colada was dit precies andersom”, zegt de adviseur. “Per saldo was de houdbaarheid van stelen uit de koude afdeling beduidend beter dan in de proef van vorige winter, waarbij we een lage temperatuurbehandeling combineerden met een lichtniveau van slechts 90 µmol//s. Toen waren de stelen slechts enkele dagen houdbaar. Omdat de temperatuur in de koude afdeling vergelijkbaar was met die in de proef van vorig jaar, kunnen we concluderen dat de hoeveelheid assimilatiebelichting mede bepalend is voor de houdbaarheid.”

Ook energiebesparing was zoals aangegeven een belangrijk doel. De verwachting was dat de warme afdeling fors meer energie-input zou vergen. “Dat viel echter mee. In de warme afdeling was namelijk ook sprake van meer verdamping en dus meer vochtproductie. We moesten daardoor extra ontvochtigen met een warmtepomp. Bij het condenseren van de warme kaslucht kwam veel warmte vrij, die we opnieuw konden inzetten in de kas. Hierdoor lag het warmteverbruik in beide afdelingen dicht bij elkaar. Wel was het elektraverbruik in de warme afdeling 5 kWh per m2 hoger, doordat de warmtepomp meer moest worden ingezet.”

Belangrijkste lessen
Welke lessen kunnen chrysantentelers trekken uit de proefresultaten? “De uitkomsten laten vooral zien dat er mogelijkheden liggen om chrysanten te telen bij lagere temperaturen”, zegt De Veld. “Het is wel de vraag in welke teeltperiode je dit het beste kunt doen. Het meest optimaal lijkt nu om met verschillende temperatuurregimes te gaan werken gedurende de teelt. Daarmee zou je fors kunnen besparen op energie. Het zou dan de voorkeur hebben om gedurende de lange dag-periode extra temperatuur mee te geven, zodat je snel wat meer bladmassa hebt. Aan het einde van de teelt kun je dan teruggaan in temperatuur. Op die manier kun je wellicht ook het ontstaan van holle stelen uitstellen. Maar het is de vraag of dit te realiseren is een chrysantenkas, aangezien hier meerdere gewasstadia bij elkaar staan. Telers kunnen wel concreet aan de slag met het feit dat een hoger lichtniveau blijkt te resulteren in een betere houdbaarheid.”

Vervolgproef
Inmiddels is ook een vervolgproef uitgevoerd in het Improvement Centre, waarbij de focus lag op de groeifactor RV. In de ene afdeling werd een ‘droge’ behandeling gehanteerd (82% RV in de nacht en 77 % overdag), in de andere een ‘natte’ behandeling (92% RV ’s nachts en 85 % overdag). De temperatuur lag overdag op 20 graden, in de nacht op 17 graden. “Deze proef, met dezelfde rassen, werd in week drie van dit jaar opgezet”, zegt De Veld. “We willen vooral weten wat de invloed van de RV is op de kwaliteit, de teeltsnelheid, het gewicht, de houdbaarheid en de benodigde hoeveelheid energie. De verwachting vooraf was dat je, wanneer de RV wordt opgeschroefd, minder energie in een afdeling hoeft te stoppen. Maar minder energie betekent ook minder verdamping, wat mogelijk gevolgen kan hebben voor de bladkwaliteit en houdbaarheid. Inmiddels zijn de stelen geoogst en worden de houdbaarheid en het drogestofgehalte onderzocht. Binnen enkele weken hebben we zicht op de concrete resultaten.”

Dit project is gefinancierd vanuit  het programma Kas als Energiebron, het innovatie- en actieprogramma van  het ministerie van LNV en Glastuinbouw Nederland, Chrysant NL, Ludvig Svensson, Signify, Dümmen Orange, Dekker Chrysanten, Royal van Zanten en Floritec.

Meer nieuws