Workshop toont betere Plantivity
Op 6 maart organiseerden Wageningen UR Glastuinbouw en Plant Dynamics in Bleiswijk in het kader van de programma’s Kas als Energiebron en Biosolar Cells van ministeratie van Economische Zaken hen het Productschap Tuinbouw een workshop over recente ontwikkelingen van de Plantivity meter. Daar werden nieuwe onderzoeksresultaten gepresenteerd en daar bleek dat met een aantal aanpassingen het apparaat nog meer informatie over de plant kan leveren en nog een stuk gebruikersvriendelijker gemaakt kan worden.
De Plantivity meter meet een aantal fotosynthese-eigenschappen van een blad. Hiermee kan een teler zien hoe actief zijn gewas is en of het gewas geen stress heeft. Op basis daarvan kan het klimaat worden geoptimaliseerd waardoor de productie toeneemt. Onderzoek naar het apparaat in de afgelopen twee jaar heeft geleid tot een aantal aanpassingen. Zo vertelde Jan Snel, Onderzoeker plantenfysiologie bij Wageningen UR Glastuinbouw. Op gebied van software zijn aanpassingen gedaan om de metingen te verbeteren en de meetresultaten beter af te stemmen op de teler, waardoor hij beter kan ingrijpen. Snel noemde de aanpassingen van het meetprotocol, waardoor de Plantivity meter minstens een week op hetzelfde blad kan blijven zitten. “Voorheen moest het apparaat om de twee tot drie dagen op een ander blad gezet worden, omdat anders de meter te veel invloed op de meetresultaten zou hebben. Dat komt door het licht dat gebruikt wordt om metingen te verrichten. Vooral ’s nachts kan dat invloed op de meetresultaten hebben. Nu wordt ’s nachts minder gemeten en gaat het licht tussen de metingen uit. Testen in Phalaenopsis, Bromelia en Anthurium wezen uit dat dit goed werkt, maar het is mogelijk dat bij lichtgevoeligere planten verdere aanpassingen nodig zijn”, aldus Snel.
Een andere aanpassing is dat het nu mogelijk is om 's morgens de fotosynthese te meten bij verschillende intensiteiten van de interne LED van de Plantivity. Daarmee kan een teler achterhalen hoe de fotosynthese van de plant op licht reageert. Snel: “Een meting in de morgen kan dan als referentie dienen voor de rest van de dag. Je kunt daarna op elk moment van de dag bepalen of je klimaat nog wel goed is voor de fotosynthese.”
Een derde aanpassing is gedaan naar aanleiding van kritiek dat een enkele meting te summier is om op basis daarvan het klimaat in de hele kas aan te passen. Dat heeft geleid tot een nieuwe versie met vier aparte meters waarmee dus vier metingen tegelijkertijd verricht kunnen worden. “Dat geeft meer zekerheid dat de meting representatief is voor de kas. De meters zijn met kabels van 5 meter aan een pc-interface gekoppeld. In een proef met Phalaenaopsis bleek dat de meetgegevens prima met elkaar overeenstemden”, zegt Snel.
In de tweede helft van de middag kwamen telers en adviseurs aan het woord over de praktijk. Een punt van zorg onder de gebruikers was dat de Plantivity meter alleen onder het verouderde Windows XP draait. De software moet worden aangepast, zodat het apparaat ook compatible wordt met Windows 7. Uit de praktijkgeluiden kwam verder naar voren dat de Plantivity al aan een aantal belangrijke teeltverbeteringen bijgedragen heeft. Bij een orchideeënbedrijf heeft dat geresulteerd in het toelaten van 30% meer licht. Bij een teeltadviseur wordt het apparaat in paprika gebruikt om beter advies te kunnen geven om de source-sink balans goed te houden en vruchtabortie te voorkomen.
