Meer rendement uit licht en CO2

Sander Pot van Plant Dynamics

“Deze zomer zijn in het kader van het project ‘Meer rendement uit belichting en CO2 deel 2’ de eerste metingen verricht bij verschillende gewassen. De metingen moeten duidelijk maken hoe planten reageren op verschillende niveaus van CO2 en licht. De belangstelling voor deel 1 van deze proef was groot. Telers vroegen of we ook andere planten wilden onderzoeken. Dat doen we nu in deel 2 met alstroemieria, gerbera, freesia, bouvardia en dendrobium.

Net als in deel 1 gaan we per product een protocol ontwikkelen voor een zo efficiënt mogelijke benutting van CO2 en licht. Oftewel: het in kaart brengen hoe efficiënt licht en CO2 door de planten worden benut en inzichtelijk maken op welk punt het geven van extra licht en CO2 geen zin meer heeft omdat de fotosynthese niet of nauwelijks meer toeneemt of zelfs negatief wordt beïnvloed. 

De metingen in de zomer zijn referentiemetingen en laten zien wat potentieel mogelijk is om de beste groei te bereiken. De waardes die hier uitkomen hoeven niet hetzelfde te zijn als in andere periodes van het jaar, omdat het gewas dan anders kan reageren op licht en CO2. Daarom worden er ook metingen verricht in november als de dagen echt kort worden. En in februari, als de dagen weer langer worden, de instraling toeneemt en de planten naar verwachting gevoeliger zijn voor hoog licht door de winterperiode.

In de proeven wordt, naast de CO2 opname door het blad, ook de verdamping gemeten bij de verschillende licht- en CO2-niveaus. Daarmee kunnen we bepalen wat de opening van de huidmondjes is en berekenen hoe gemakkelijk CO2 door de huidmondjes kan en daarmee beschikbaar komt voor de fotosynthese. We meten per periode meerdere dagen.

Hoewel we de resultaten nog moeten uitwerken, hebben we al opvallende resultaten gezien bij dendrobium. Eén van de vragen was of dendrobium altijd CAM is of soms ook C3. Met andere woorden wordt alleen ’s nachts CO2 opgenomen en zijn overdag de huidmondjes dicht of wordt soms overdag ook CO2 opgenomen. We hebben geconstateerd dat de huidmondjes gedurende de dag ook (deels) open staan en dat een aanzienlijke hoeveelheid CO2 wordt opgenomen dat direct benut wordt voor de fotosynthese. Dat betekent dat de bladeren C3 zijn, maar uit de CAM test hebben we ook gemeten dat de bladeren CAM zijn! We willen nu verder onderzoeken hoe de verhoudingen liggen en wat de consequenties zijn voor de benutting van licht en CO2 over de dag.

Opmerkelijke resultaten in deel 1 van de proef zagen we onder meer bij kalanchoe, waar een te hoog CO2-gehalte een negatief effect op de fotosynthese en daarmee waarschijnlijk op de groei heeft. Rond de 700 ppm wordt het verzadigingsniveau van de fotosynthese bereikt en boven 700 ppm begonnen de huidmondjes te sluiten. Het advies luidt dan ook om tot maximaal 700 ppm te doseren, wat lager is dan wat in de praktijk tot dusver gewoon was. Voor lelie gold de stelregel dat CO2 dosering geen effect heeft. Wij hebben echter aangetoond dat bij een hogere CO2-concentratie het lichtniveau omlaag kan zonder dat hierdoor de productie afneemt. Hiermee kunnen telers dus energie besparen.”   

Dit project wordt uitgevoerd door Plant Lighting en Plant Dynamics en gefinancierd vanuit het programma Kas als Energiebron, het innovatie- en actieprogramma van LTO Glaskracht Nederland en het  ministerie van Economische Zaken (EZ).

 

Meer nieuws