Goed herstel gewassen bij bladplukexperimenten

Arie de Gelder (Wageningen UR Glastuinbouw) en Jeroen Sanders (Proeftuin Zwaagdijk)

Tijdens de bijeenkomst van de begeleidingscommissie voor de onderzoeken Het Nieuwe Gewas van Wageningen UR Glastuinbouw en Optimale lichtbenutting in de winter van Proeftuin Zwaagdijk werden vorige week de tussentijdse resultaten besproken.

Het Nieuwe Gewas
Bij het ras Brioso wordt de bladplukstrategie van 33, 44 en 55% bladplukken nog steeds volgehouden. De behandeling met 55% bladplukken heeft het moeilijk gehad (o.a. te zien in de onregelmatige zetting), maar staat er momenteel goed bij en raakt de voorsprong in productie niet snel kwijt. In de afdeling met 33% bladplukken staat het gewas volgens de telers te vegetatief.

In alle kassen heeft het gewas de overgang naar de zonnige dagen van half april prima doorstaan; beter dan verwacht. Advies van de telers is dan ook om de behandelingen gewoon vol te blijven houden. Nu het buiten warmer begint te worden moeten we wel opletten dat de etmaal temperatuur niet te ver oploopt in verhouding tot de lichtsom. Gestreefd wordt naar een PAR som per dag van 21 mol PAR per m2. Op donkere dagen gaan zo nodig de lampen nog wel aan. Totaal is nu 1675 uur belicht met 210 μmol/(m2.s). In de praktijk is veel meer uren belicht, maar met lagere intensiteit. Een vergelijking in uren is daarom niet goed, het gaat om de lichtsom.

Optimale lichtbenutting in de winter
Op de twee praktijkbedrijven zijn drie bladplukstrategieën tot en met half februari aangehouden. Na deze periode is gestopt met het verwijderen van het blad uit de kop van het gewas. Zowel de zetting als bladkwaliteit stonden bij het extra verwijderen van blad uit de kop van de plant sterk onder druk. Op de gewassen wordt nu een bladplukstrategie aangehouden, gelijk aan het standaard gewas. Uit de metingen van o.a. het aantal bladeren en de bladgrootte blijkt dat na het stoppen van het extra blad verwijderen de gewassen weer op normaal niveau kwamen. Het herstel van de planten in groei, zetting en trosontwikkeling was beter dan verwacht. Omdat op het moment van stoppen van de behandelingen bij de gewassen met de -55% bladplukstrategie de zetting en trosopbouw niet goed was, is de voorsprong in productie die in de winter werd gerealiseerd in maart en april weer ingeleverd. Op dit moment is de productie van de -44 en -55% bladplukstrategie lager dan de bladplukstrategie waar wekelijks standaard 1 blad uit de kop wordt gehaald. De lagere productie is het voornamelijk het gevolg van de lagere plantbelasting. De lage plantbelasting was uiteindelijk wel positief voor het relatief snelle herstel.

Tussenstand projecten
Meer bladplukken in de start van de belichte teelt leidt tot een betere vroege productie. Belangrijk is dat zodra het licht weer toeneemt je tijdig moet stoppen met het extra verwijderen van blad. De betrokken telers zijn van mening dat het extra bladplukken al kan vanaf een zeer vroeg stadium. Het moment van stoppen is daarbij sterk afhankelijk van de stand van het gewas en de verhouding LAI, plantbelasting en het beschikbare licht.

Dit project wordt gefinancierd vanuit het programma Kas als Energiebron, het innovatie- en actieprogramma van LTO Glaskracht Nederland en het ministerie van Economische Zaken (EZ).

Meer nieuws