Energiemonitor glastuinbouw: daling CO2-emissie zet door

De totale CO2-emissie van de glastuinbouw daalt sinds 2010 en ligt in 2013 0,6 Mton af van de met de overheid overeengekomen CO2-emissieruimte voor 2020. De energie-efficiëntie is in 2013 iets verslechterd.  En ondanks de stijgende lijn is het aandeel duurzame energie nog ver verwijderd van het doel voor 2020. Dit blijkt uit de jaarlijkse Energiemonitor Glastuinbouw van LEI Wageningen UR.

In 2014 is de Meerjarenafspraak Energietransitie Glastuinbouw 2014-2020 afgesloten tussen sector en overheid. In dit nieuwe convenant is de totale CO2-emisie centraal komen te staan. De totale CO2-emissie (inclusief verkoop elektriciteit) verminderde in 2013 tot 6,8 Mton, dit is 0,6 Mton meer dan de overeengekomen CO2-emissieruimte. De CO2-emissie voor de teelt (exclusief verkoop elektriciteit) daalde tot 4,9 Mton en zit daarmee 0,9 Mton onder het doel voor 2020. Met reductie van CO2-emissie loopt de glastuinbouw voor op de ontwikkeling in geheel Nederland.

In 2013 is de energie-efficiënte verslechterd met één procentpunt. Dit komt doordat de toename van het primair brandstofverbruik (+2%) sterker is toegenomen dan de fysieke productie (+1%), beiden per m2 kas. In 2013 gebruikte de glastuinbouw 56% minder primaire brandstof per eenheid product dan in het basisjaar 1990. Daarmee is de glastuinbouw nog één procentpunt verwijderd van de doelstelling voor energie-efficiëntie in 2020. Als je de periode 2008-2013 uitlicht, is de energie-efficiëntie min of meer stabiel.

Duurzame energie
Het aandeel duurzame energie nam in 2013 toe tot 2,9%. Voor de doelstelling van 20% in 2020 zijn nog ruim 17 procentpunten te gaan. Wel is het aandeel duurzame energie dat de glastuinbouw verbruikt de laatste jaren sterker toegenomen dan het aandeel in heel Nederland (4,4%). Duurzame energie omvat aardwarmte (31%) zonnewarmte (25%), biobrandstoffen (19%), inkoop duurzame elektriciteit (12%), inkoop duurzame warmte (11%) en duurzaam gas (1%). De groei zat in 2013 bij aardwarmte en biobrandstoffen.

Energiekosten, warmtekrachtinstallaties en opgewekte elektriciteit
In de periode 2010-2013 zijn de netto energiekosten per m2 met 40% toegenomen. Deze substantiële kostenstijging werd veroorzaakt door hogere aardgasprijzen en dalende verkoopprijzen voor elektriciteit; ofwel de spark spread van de wisinstallatie verslechterde. Ondernemers moeten hier op te anticiperen en dit verklaart de belangstelling voor de duurzame energie en ‘Het Nieuwe Telen’. 

De elektriciteitsproductie door de wk-installaties nam in 2013 iets af tot circa 11,8 miljard kWh. De glastuinbouw produceert nog steeds een hoeveelheid elektriciteit die overeen komt met zo’n 10% van de nationale consumptie. De daling van de productie hangt samen met een wat kortere gebruiksduur van de installaties en een iets toegenomen vermogen. De gebruiksduur daalt sinds 2010 licht. De verslechterde spark spread uitten zich nog niet in een substantieel kortere gebruiksduur. De glastuinbouw kocht in 2013 meer elektriciteit in. Door het intensiveringsproces in de sector is de elektriciteitsconsumptie in 2013 verder toegenomen tot zo’n 7,6 miljard kWh.

Kas als Energiebron
De Energiemonitor Glastuinbouw brengt ook de opties van ‘Kas als Energiebron’ in kaart. Warmtekrachtinstallaties werden eind 2013 toegepast op circa 7.000 ha; dat is 70% van het totale areaal. Aardwarmte, biobrandstoffen en zonne-energie werden eind 2013 toegepast op respectievelijk 134, 132 en 229 ha. Gezamenlijk realiseerden de vier bovenstaande opties in 2013 een reductie van de nationale CO2-emissie van 2,46 Mton.

Luchtbehandeling, diffuus glas en led-licht werden in 2013 toegepast op respectievelijk 146, 123 en 8 ha. en lieten allen een toename zien. Diffuus glas groeide het sterkst. De inkoop van CO2 ligt net onder de 0,5 Mton en laat sinds 2010 een dalende trend zien. De beperkte nieuwbouw van kassen remt de opties van ‘Kas als Energiebron’ en dan met name als deze in de kassen worden toegepast.

Energiemonitor Glastuinbouw

Protocol Energiemomitor

Meer nieuws