Ervaringen optimalisatie bio-energie

Op de ‘Studiegroep bio-energie, door en voor glastuinders’ van woensdag 21 mei bij Peters Biogas in Luttelgeest kwamen 17 deelnemers af. Zij kregen een aantal positieve business cases voorgeschoteld die restwarmte van een biogas-WKK en een houtketel maximaal benutten. Optimalisatie is ook mogelijk door het verkrijgen en voorbewerken van biomassa en afzet van reststromen als digestaat en as. Naast de IMM/ IRE, EIA, MIA/ Vamil subsidie- en belastingregelingen werden een aantal voorbeeldberekeningen van bio-energie-projecten met SDE+ 2014 besproken.

 

Gastheer van de Studiegroep Jan Peters was een van de eerste ondernemers die restwarmte van de biogas-WKK ging benutten. De akkerbouwer heeft een mesofiele vergister (mesofiel = tot 40 graden celcius) met 1 MWe biogas-WKK en maakt gebruik van een MEP-subsidie op elektriciteitsproductie. Een deel van de warmte wordt gebruikt voor het verwarmen van de vergister-reactor, een woning en het drogen van bloembollen, uien en ingedikt digestaat, het restproduct dat overblijf na vergisten.

De prijs van hoogwaardig coproduct zoals mais is in 7 jaar tijd van 22 €/ton naar 80 €/ton gestegen. Dat maakte dat de MEP subsidie op elektriciteitsproductie al snel ontoereikend. Een oplossing was het benutten van de resterende warmte. Daarvoor investeerde Peters samen met de 200 meter verderop gelegen Hederakwekerij (1,8 ha) Van den Berg in een warmtewisselaar, 2 x 200 meter lange geïsoleerde transportleiding en buffer. Door de restwarmte heeft Van de Berg op jaarbasis 600.000 Nm3 minder aardgas nodig. Daarvoor betaalt 50% van de aardgasprijs. Er ligt nu ook een transportleiding naar de 300 meter verderop gelegen (1 ha) kas van de Orchideeënwinkel.

Nico Karsten
De tweede presentatie was van Nico Karsten van Franico, snij- en bolbloemteler (2,5). De mede eigenaar van de covergister met biogas-WKK van Maatschap Groot Karsten ging in op zijn ervaringen met samenwerking en het optimaliseren van zijn vergister-installatie, zoals bij de inkoop en benutting van laagwaardig coproduct als bloembollen en de afzet van digestaat.  In de loop van de tijd heeft Karsten zijn vergister-installatie verbeterd. Er zitten nu degelijke roerwerken in, een steviger gasmembraan, de gasmotoren zijn aangepast, een mestzak zorgt nu voor meer flexibiliteit, de navergister wordt nu verwarmt, gebruik van een shredder en enzymen. Allemaal goed voor 25% extra biogasproductie. Ook heeft hij geïnvesteerd in een transportleiding, waardoor de restwarmte naar de op 800 meter afstand liggende Haemanthuskwekerij (1,6 ha) van Rene Koning.

Karsten is nu bezig met een tweede vergister op een andere locatie, waarvoor hij 3 verschillende SDE’s heeft aangevraagd maar alleen op groengas beschikt. Het voorziene groengas-project is inmiddels ingehaald door de tijd waarop hij nu bij de overheid pleit voor het flexibel kunnen inrichten van een SDE beschikking. ‘Voor de beste business-case zou je een SDE beschikking achteraf nog moeten kunnen inrichten’. Daarnaast heeft Karsten ook ervaring met de kweek van eendenkroos op digestaat. Het eendenkroos is een eiwitrijk plantje dat runderen graag willen eten.

Jarno Baas
Jarno Baas, eigenaar van Tuinplantenkwekerij A. Baas uit Ens  (drie locaties 25 ha pot- en perkplanten) deelde zijn ervaringen met de rookgascondensor met nat elektrostatisch filter achter zijn 4,7 MWth houtketel. Afhankelijk van de vochtigheid van de houtsnippers en retourtemperatuur wint hij met het condenseren van de rookgassen 1 tot 1,4 MW aan warmte terug. Naast de warmte uit de houtketel betrekt Baas ook warmte uit de aardgasketel en WKK’s.

Door de rookgascondensor bespaart hij tot circa 25% op zijn aardgaskosten.  Punt van aandacht is de verzuring van het condenswater door afkomstig van rookgassen. Dat dient geneutraliseerd te worden.  Dat is noodzakelijk voor het behoud van de installatie. Baas onderzoekt nu of een warmtepomp zijn retourtemperatuur nog verder kan terugbrengen waardoor zijn overall rendement toeneemt. Zowel grote als kleine vermogen houtketels kunnen worden voorzien van een rookgascondensor. Met name houtketels die geschikt zijn voor vochtig hout (40-50% vocht) besparen het meest, tussen de 25-30% op houtkosten, houtketels die geschikt zijn voor droog hout (25-30%) besparen minder, tot 10%.

De Studiegroep is georganiseerd door Energy Matters in samenwerking met tuinders georganiseerd De organisatie vond plaats vanuit het ‘programma Kas als Energiebron’, in opdracht van Productschap Tuinbouw, LTO Glaskracht Nederland en het Ministerie van Economische Zaken.

Meer nieuws bio-energie