Hoe werkt een kalanchoë

Beschrijving

Kalanchoë is het op één na grootste product binnen de categorie bloeiende potplanten. Over de bijzondere fysiologische eigenschappen van dit gewas is nog veel onbekend. Behalve dat kalanchoë een korte-dag plant is, kent dit gewas ook twee verschillende vormen van fotosynthese: C3 en CAM.  Een aantal fysiologische eigenschappen die bepalend zijn voor een optimale energiezuinige teelt zijn nog niet bekend, of onvoldoende bekend:

1. Wanneer vindt de overgang van C3 naar CAM precies plaats? Of gebeurt dit niet altijd?
2. Kan de tuinder dit moment beïnvloeden met klimaatsturing?
3. Verschilt het moment van switchen van C3 naar CAM ook per ras?
4. Welke fase zet CO2 en licht het meest efficiënt om in groei?

Doel van dit project is om een beter begrip van de fysiologie te krijgen en dit geeft tuinders de mogelijkheid om efficiënter licht en CO2 te benutten voor groei.

In dit project worden drie verschillende rassen kalanchoë onder geconditioneerde omstandigheden in 4 klimaatkamers geteeld. Er wordt een verschil in RV gemaakt om het moment van switchen te trachten te beïnvloeden (2 units 60% en 2 units 85% RV). Belichting is met kunstmatig daglicht en SON-T onder winterlichtomstandigheden. Wekelijks wordt met geavanceerde fotosynthese-meetapparatuur gemeten aan de verschillende rassen / behandelingen / planten / bladeren al geswitcht zijn van C3 naar CAM. De totale CO2-opname per etmaal in de CAM-fase wordt vergeleken met die in de C3-fase.

De kalanchoëtelers financieren 30% van dit project bovenop genoemd bedrag van KaE.

Resultaten

RV geeft meer productiviteit
Uit het onderzoek blijkt dat een net bewortelde stek CAM-activiteit heeft die afneemt tot twee weken na start korte-dag. Daarna neemt de CAM-activiteit geleidelijk toe. De overgang van C3- naar klassieke CAM-fotosynthese verloopt dus heel geleidelijk.

RV bleek weinig invloed te hebben op het moment van overgang, maar een hogere RV (80%) gaf wel meer productiviteit dan 55-60% RV. Tijdens de C3-fase lag de fotosynthese in orde van zo’n 10% hoger en bij de CAM fase tot ca. 26% doordat de huidmondjes verder open staan. De verschillen tussen de gemeten rassen ‘Saja’, ‘Amarillo’ en ‘Siberia’ waren beperkt. De C3-fase was beduidend productiever dan de CAM-fase gerekend in mol CO2 vast gelegd per m2 blad per dag.

Forse CO2-besparing
De resultaten geven aanleiding tot beperkte besparing aan belichting aan de randen van de dag door de belichting in delen op en af te schakelen. Wel is er forse besparing op CO2 mogelijk door per fase te compartimenteren en dosering aan te passen aan het moment van behoefte vanuit het gewas. Voor de CAM-fotosynthese geldt dat CO2-doseren zinloos is als de huidmondjes dicht zijn. In deze proef waren tijdens de CAM-fase later in de teelt de huidmondjes gesloten tussen ongeveer 10.00 en 14.30 uur. Dit zijn juist de uren dat de zon het hoogst staat, de ramen open staan en CO2-dosering het minst effectief is. Hier kan dus CO2 bespaard worden. Bovenstaande geldt echter alleen voor de CAM-fase en niet voor de C3-fase. Vanuit het oogpunt van CO2-besparing is het dus nuttig om de kalanchoëteelt ook tijdens de korte dag te compartimenteren - de lange dag wordt al in een aparte ruimte uitgevoerd. Door middel van een eenvoudige scheidingswand kan ervoor worden gezorgd dat gedurende het eerste deel van de teelt er wel de hele dag (overdag, dus alleen bij licht) CO2-gedoseerd wordt, terwijl in het laatste deel van de teelt er midden op de dag geen CO2 gedoseerd hoeft te worden en aan de randen van de dag en in de nacht juist wel.

Projectnummer E17006
Startdatum 01-12-17
Einddatum 01-08-18
Afgerond Ja
Budget €38.000
Uitvoerder Plant Lighting
Document

Onderzoek en projecten CO2

CO2 gebruik moet efficiënter

Lopend

Doel: Ontwikkelen van handvatten voor toekomstig lager CO2 gebruik in de praktijk door doorrekening van CO2-gebruik, verliezen en mogelijke kosten in…

Lees meer